Udang Bandung 2. (Bandoengse garnalen)
 

   * 200 gr. grote, gepelde Noorse garnalen,

* 5 petehbonen,

   * 100 gr. kipfilet,

* 1 rode lombok,

   * 1/4 ui,

* 1 eetl. ketjap manis,

   * 2 teentjes knoflook,

* 2 eetl. tomatenketchup,

   * 1 plakje verse laos,

* 1/4 lt. bouillon,

   * 1 plakje verse djahé,

* 1/8 blok santen,

   * 1 serehstengel,

* 1 eetl. olie.


   Pel de ui en de knoflook en hak ze fijn. Was de lombok en hak hem fijn. Schil de laos en de djahé

   en hak ze fijn. Verwijder de harde bovenkant van de serehstengel, kneus hem met de stamper

   van de vijzel en leg er een knoop in.

 

   Wrijf de ui, knoflook, lombok, laos en de djahé fijn in de vijzel.

 

   Verhit de olie in een wok en fruit hierin het fijngewreven kruidenmengsel goudbruin. Voeg de se-

   reh en de kipfilet toe en fruit deze even mee. Voeg de petehbonen toe en schep er de ketjap en

   de tomatenketchup door.

 

   Voeg de bouillon en de garnelen toe en breng het geheel aan de kook. Neem de wok van de hit-

   tebron en los de santen in het gerecht op. (Mild gerecht voor 4 personen).